De vier primaire smaken proeven we elk door een ander deel van de tong. Zoet wordt door de punt geproefd, zout door de voorste zijkanten, zuur door de achterste zijkanten en bitter door het achterste gedeelte van de tong. In deze gebieden liggen vele papillen met daarin smaakcellen. Deze cellen reageren op smaakstoffen door een signaal af te geven naar de hersenen. De hersenen zetten een signaal om in een gewaarwording van smaak.
Alles wat je proeft in je mond is een combinatie van die vier. Zo smaakt een grapefruit bijvoorbeeld zoet en ook een beetje zuur en bitter; olijven vooral zout en bitter enzovoorts. De Amerikaanse onderzoeker Nirupa Chaudhari van de afdeling fysiologie en biofysica aan de Universiteit van Miami beschrijft in Nature neuroscience zijn ontdekking dat er naast de vier al bekende primaire smaken nog een vijfde is: umami.
De stof is al in 1908 door de Japanse onderzoeker Ikeda geïdentificeerd als de smaakmaker in zeewier. Ikeda noemde de smaakmaker umami, wat Japans is voor ‘iets wat lekker is.’ Het is de boullion-achtige smaak, die we vooral proeven in oosterse gerechten.
koffie proeven
Is je koffie te zuur. Dan heeft je koffie dus te weinig zoete en bittere smaken gemaakt nog. Zure smaken worden in het begin van het koffie bereiden afgegeven, dus is je tijd te kort. Verander dan bijvoorbeeld de maalgraad. Zet die 2 ticks fijner en probeer het opnieuw. Is je koffie te bitter, dan heeft de laatste fase te lang geduurd en zijn de bitters in je "laatste" koffie meegenomen in je kop, resultaat: overheersing van de bittere smaken. Zorg er dan voor dat je de doorlooptijd verkort door grover te malen, of kouder water te gebruiken.